Aptroot2Burgemeester Aptroot zal vanaf 1 juli een commissaris functie gaan uitvoeren bij Omroep West. Zó Zoetermeer maakt zich zorgen om de onafhankelijkheid en onpartijdigheid van de media en heeft het college vragen gesteld over deze aanstelling.

De gemeentewet maakt onderscheid tussen nevenfuncties die de burgemeester uitvoert uit hoofde van zijn burgemeestersambt, en andere nevenfuncties. Het lidmaatschap van de Raad van Commissarissen van een journalistieke organisatie behoort niet bij de functies die vanzelf behoren bij het burgemeestersambt. In artikel 67 lid 1 van de gemeentewet staat dat de burgemeester geen nevenfuncties vervult waarvan de uitoefening ongewenst is vanwege zijn onafhankelijkheid, onpartijdigheid en het vertrouwen daarin.

Zó! Zoetermeer is van mening dat de rol van de media cruciaal is in onze democratie waarbij journalisten – ook die werken bij Omroep West – zich volkomen vrij moeten voelen om de overheid – inclusief burgemeesters – kritisch te volgen. Daarnaast moeten andere media dan Omroep West het vertrouwen hebben dat zij op het gebied van nieuwsberichten niet anders worden bejegend dan Omroep West. Zelfs de schijn van partijdigheid of belangenverstrengeling moet worden vermeden.

De vragen van Zó aan het college:

Vraag 1

Hoe denkt de burgemeester zijn onpartijdigheid te waarborgen en de schijn van belangenverstrengeling te vermijden als in de aankondiging van de omroep staat dat hij een belangrijke bijdrage gaat leveren aan het versterken van de kwetsbare positie van de regionale journalistiek in het algemeen en van de omroep in het bijzonder?

Volgens artikel 67 lid 2 van de gemeentewet moet de burgemeester het voornemen tot het aanvaarden van een nevenfunctie (anders dan uit hoofde van het burgemeesterschap) melden aan de raad. Wij gaan ervan uit dat de wetgever dit heeft bedoeld als een moment waarop de raad zijn gevoelens over dit voornemen kenbaar kan maken. De fractie van Zó! Zoetermeer kan zich niet herinneren dat de burgemeester dit in de raad heeft gemeld, en navraag bij de griffier leert dat de raad er noch mondeling noch schriftelijk van op de hoogte is gesteld.

Vraag 2

Waarom heeft de burgemeester het voornemen voor deze nevenfunctie wel aan het college maar niet aan de raad gemeld, terwijl dit volgens de gemeentewet wel had moeten gebeuren?

 

Vraag 3

Uit de besluitenlijst blijkt dat het college vragen heeft gesteld over het tijdsbeslag. Is er ook gesproken over de mogelijke impact op de onpartijdigheid en de schijn van belangenverstrengeling? Zo ja, wat was de conclusie, zo nee, waarom niet?

Vraag 4

Betreft dit commissariaat een onbezoldigde nevenfunctie? Zo nee, welke vergoedingen zal de burgemeester dan ontvangen, en is er dan sprake van verrekening met de bezoldiging van de burgemeester?

-advertenties-

-goede doel-