Zoetermeerder Adri Smits gaat op bezoek bij de meest uiteenlopende ondernemers in Zoetermeer. Welk verhaal zit er achter deze ondernemer? Adri blijft niet bij de voordeur staan, maar gaat op zoek naar het persoonlijk verhaal. Vandaag gaat Adri langs bij Pom’s Trimsalon.

 

Pom2Mijn afspraak vandaag is in Pom’s Trimsalon en mijn fiets brengt mij de Dorpstraat in. Bij een leuk plein gekomen constateer ik dat de horeca ondernemer flink zijn best doet om zijn coronaverlies weer goed te maken. Ik fiets over het plein nog een stukje straat in en heb geen idee of dat hier mag maar kom wel waar ik zijn wil, Dorpstraat nummer 112E.

Mocht ik nog enigszins twijfelen dan wordt bij binnenkomst in ieder geval duidelijk dat ik echt in een trimsalon ben en niet bij mijn eigen kapper. Als mijn eerste voetstap zich over de drempel heeft gezet, is er een begroeting door een aantal welgeblafte cliënten die klaarblijkelijk niet zo op mij zijn gesteld. Of is dat mijn vooroordeel over blaffende honden?

Direct komt er een allercharmantste jongedame op mij af die zich excuseert dat ze mij geen hand mag geven. Jammer eigenlijk. ‘Hallo. Demi, ik ben Demi.’  Gelukkig is het geblaf het aantal decibels genaderd op een punt dat wij elkaar weer goed kunnen verstaan.

Ondertussen nemen mijn ogen tijdens het luisteren toch ongemerkt de omgeving op. Het ziet er allemaal goed geregeld uit, schoon en netjes. Je kunt zien dat hier hart voor de zaak aanwezig is. De honden vonden blijkbaar dat toen ik aankwam een verstoring was van een plezierig ondergaan van een liefdevolle behandeling. Een andere vrouw die een langharige hond probeert in de scheiding te krijgen, knikt mij vriendelijk toe. Lichtelijk beschaamd voel ik mij betrapt en wend mijn blik weer tot de eigenaresse. Ze komt mij rustig over, ook wel nodig, denk ik, niet elke hond laat zich zomaar in het sop of in de warme wind zetten. Ondertussen vertelt ze iets over de inrichting en wat ze heel belangrijk vindt voor haar zaak. Iedere hond is zo specifiek, je kunt ze niet allemaal over een kam scheren. Daarom vindt ze het ook superbelangrijk om goed naar de klant te luisteren, wat die wil en waar het personeel op moet letten. Op datzelfde moment komt er een schattig klein hondje onze richting op gehuppeld. Ik zie een paar verlangende handen liefdevol het beestje optillen en het heerlijk tegen haar aan drukken.

“Dit is nou Pom”, zegt ze. “En zij is de reden dat deze zaak Pom’s Trimsalon heet.”
Er brandt een vraag op mijn lippen, maar krijg de kans niet die te stellen. Zij vervolgt: “Ik heb haar gekocht op mijn zestiende en was onmiddellijk stapelverliefd.” Haar ogen stralen en de hand die over het kopje van het beestje gaat, maakt het tafereeltje voor me heel aandoenlijk. “Ze moest getrimd worden en een hele goede kennis van ons had een trimsalon. Zij vond het zo leuk dat ik zo vreselijk enthousiast was over het werk wat ze deed, dat ik met haar mee mocht naar hondenshows. Nou, toen was ik helemaal verkocht. Ben toen onmiddellijk begonnen met een opleiding in die richting en kijk, nu zit ik hier. Mijn Pommetje heeft er voor gezorgd dat ik leuk werk heb, mijn liefde kan delen en inmiddels een eigen zaak.” Het hondje wordt uitgebreid geknuffeld tijdens het uitspreken van die laatste woorden. Terwijl ik me afvraag wat er van haar zou zijn geworden als er geen Pom was geweest.

Als ik de deur van Pom’s Trimsalon achter mij sluit, denk ik, hier kan ik met een gerust hart mijn hond achterlaten om getrimd te worden. Die Pom toch.

Tekst: Adri Smits

-advertenties-

-goede doel-