noordAaDe D66-fractie in Zoetermeer ziet kansen om de Noord Aa beter te verbinden met omliggende wateren. In schriftelijke vragen aan het college vroeg de partij naar de mogelijkheden voor een vaarverbinding richting Vlietland en Leiden. Het college ziet echter weinig perspectief.


De D66-fractie stelde op 23 juli schriftelijke vragen aan het college over de toekomst van de Noord Aa. De partij wil weten of er stappen zijn gezet om de Zoetermeerse Plas te verbinden met omliggende open wateren, zoals Vlietland en Leiden. Zo’n verbinding zou volgens D66 de recreatieve en toeristische waarde van het gebied vergroten.
Wethouder Van der Meer verwijst in haar antwoord naar eerdere onderzoeken die zijn gedeeld met de gemeenteraad. Deze onderzoeken zijn uitgevoerd naar aanleiding van motie 2211-66, waarin werd gepleit voor meer aandacht voor watersport in Zoetermeer. De conclusie toen: de kosten voor een vaarverbinding zijn zo hoog, dat realisatie niet haalbaar is.

Geen nieuwe aanlegplaatsen of gesprekken

D66 vroeg ook of er plannen zijn voor tijdelijke aanlegplaatsen of havens in de Noord Aa. Het college laat weten dat die er niet zijn. Er zijn ook geen gesprekken gevoerd met het Hoogheemraadschap, buurgemeenten of recreatieschappen over een mogelijke vaarverbinding. Omdat de eerdere motie is afgedaan, is er geen vervolgproject gestart en zijn er dus ook geen stakeholders betrokken.

Waterstad Zoetermeer?

Volgens het college kan een vaarverbinding zeker bijdragen aan de recreatieve waarde van de Noord Aa. Maar om Zoetermeer echt als waterstad op de kaart te zetten, zijn er meer verbindingen nodig. Denk aan routes richting de Dobbe, Buurtvaart of de Rotte. Zonder die verbindingen blijft de Noord Aa een op zichzelf staand recreatiegebied.

Foto: gem. Zoetermeer

Meer politiek nieuws vindt u op onze politieke pagina: Politiek nieuws

-advertenties-

-goede doel-