bridgeBram Doeves belicht voor u elke week een mooie bridge- of dampartij. Interessante stellingen, een leuke puzzel om over na te denken of een verslag van een goed gespeelde wedstrijd. Deze week: Bob Slavenburg in 1951 in het EK Venetië

 Bob Slavenburg is de jongste van de bridgers die zijn geselecteerd voor Venetië 1951. Reeds in 1947 onderscheidde hij zich met Kooijman door goed spel in de drie-landenwedstrijd tegen België en Frankrijk. Een uitnemend speler met een sublieme afspeeltechniek: zijn peil wekte hoge verwachtingen voor de NBB die “aanvankelijk” echter weinig van Slavenburg gebruik maakte voor internationale toernooien, omdat hij meestal niet in de teamgeest paste (grote mond, eigen mening, weinig gedisciplineerd). Maar voor het Europese Kampioenschap in Venetië 1951 was hij dan toch zomaar geselecteerd samen met Sieg Polak, toen nog zijn vaste partner bij zijn club Rotterdamse Bridgekring ’35. Filarski-Cats en de gebroeders Goudsmit completeerden het Nederlandse team. Maar in Venetië bleek dat het Nederlandse bridge heel teleurstellend maar net boven de onderste regionen van het Europese bridge verkeerde. Van de 14 deelnemende landen kwam Nederland slechts op een teleurstellende gedeelde 7-10e plaats terecht. Natuurlijk heeft Nederland ook wedstrijden gewonnen. Zo werd Zwitserland met groot verschil verslagen, mede door het volgende spel, dat rubriekschrijver Mimir presenteerde in zijn bridgerubriek van 8-3-1952 in de Maasbode, met als titel: “een tien was goud waard”.

Zuid/Niemand. Een tien was goud waard!

1952 EK

 

Biedverloop en spelverloop ene tafel

Cats (NL) opende op Zuid met 3SA, waarop verder werd gepast, inclusief Noord (Filarski). Het bieden gaat nu vaak anders dan in 1951. Als nu met 3SA wordt geopend heet dat “Gambling 3SA”, met een dichte lage lange kleur, zoals hier ook, maar zonder de hoge stoppers in de andere kleuren, die moet de partner hebben, met minder dan 20 punten kan dan al 3SA, vooral door de zevenkaart, worden gemaakt! Aangezien de Zwitsers slecht tegenspeelden, leverde het spel aan deze tafel 11 slagen op!

Biedverloop andere tafel (Slavenburg op Oost)

Aan de andere tafel opende de Zwitser Beguin ook met 3SA. Zijn partner Reichenbach verhoogde vervolgens naar 6SA! Vervolgens doubleerde Bob Slavenburg met zijn Oostkaarten, waaronder twee ruitens die voor twee downslagen konden zorgen. Hierna paste iedereen.

Spelverloop

Polak als West stond nu voor de onplezierige taak om de goede ruitenuitkomst te raden. Helaas, ook aan deze tafel werd niet met ruiten, maar met schoppen acht opgekomen. Maar ook hier kwam West onvermijdelijk aan slag met klaver tien, en aangezien Slavenburg had gedoubleerd en bovendien met ruiten had gesignaleerd, kwam topper Polak wel met ruiten terug: drie slagen en twee down!

Dat waren 700 punten voor Nederland op dit spel ofwel 7 matchpunten. Klaver tien bleek goud waard, maar ook dit spel toont weer eens aan, van welke kleinigheden het al dan niet maken van een spel soms kan afhangen. Als de klaveren zo zitten dat er zeven slagen mee zouden kunnen worden gemaakt is volgens “double dummy” (beste spel bij open kaart) wel een klein slem te maken omdat OW in een dwangpositie kunnen worden gebracht.

Bram Doeves (Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken.)

-advertenties-

-goede doel-