Sint NicolaasDe geschiedenis van Zoetermeer gaat duizend jaar terug in de tijd. In een reeks verhalen nemen wij u mee op reis door deze duizend jaar geschiedenis. Beginnende bij het ontstaan van het Zoetermeerse Meer en eindigend bij de bouw van Oosterheem. Deze keer: Nicolaas van Myra.

Al rond het jaar 1200 stond er op de plek waar de Swaert Sloot en de Broekweg bij elkaar kwamen een kapel. De kapel was gewijd aan de heilige Nicolaas van Myra. Hij was de beschermheilige van onder andere schippers en vissers. De keuze voor een beschermheilige zegt vaak iets over de lokale bevolking. De eerste Zoetermeerse ontginners behoorden van oorsprong waarschijnlijk tot een varend volk. Dit is niet zo vreemd omdat de Friezen, Zoetermeer en Zegwaart in die tijd behoorden tot het Friese rijk, vaak boer en tegelijkertijd schipper of visser waren. En waarschijnlijk zijn ze over het water, via het Noord-Aa en het Zoetermeerse Meer hierheen gekomen.

Het alsmaar verder inklinken van de bodem zorgde er voor dat de bebouwing aan de Zoetermeerse en de Zegwaartse kant in de dertiende eeuw werd verplaatst naar de plek waar nu de Dorpsstraat ligt. Rond 1250 werd er een kerk gebouwd bij deze nieuwe bebouwing, op de plek van de huidige Oude Kerk. Ook deze kerk werd gewijd aan de Heilige Nicolaas. En omdat Zegwaart deel uit maakte van de Zoetermeerse parochie werd deze kerk, hoewel het op de grond van de Zegwaartse ambacht was gebouwd, de Zoetermeerse kerk. En deze kerk heeft er gestaan tot de nieuwbouw in 1785-1787.

Zegwaart had ondertussen ook een eigen kapel. Deze stond op de plek waar de Stationsstraat, die destijds Kapellelaan heette, uitkomt in de Dorpsstraat. De Zegwaartse kapel was gewijd aan Onze Lieve Vrouwe en heeft er gestaan vanaf 1400 tot 1610.


Reformatie en de Slag om Zoetermeer

In de zestiende eeuw vond de reformatie plaats en de Slag om Zoetermeer, in 1574. Tijdens de Slag brandde de woning van de pastoor af en werd de kerk geplunderd. Daarnaast werden er soldaten in de kerk gelegerd. En in 1575 stond Wijnant Gerritsz van Beeck als de eerste hervormde predikant op de kansel van de vanaf dat moment protestantse kerk in de Dorpsstraat. Omdat de Katholieke godsdienst door de opstandelingen werd vereenzelvigd met het tirannieke bestuur van de Spaanse Nederlanden besloten de opstandelingen om de openbare katholieke erediensten te verbieden. Omdat ook de vrijheid van godsdienst hoog in het vaandel stond mochten mensen wel katholiek zijn, maar het niet in het openbaar tonen.

De in 1569 / 1570 aangestelde pastoor Petrus Corneliszoon Koninck hield het vanaf dat moment voor gezien. Pas in 1627 kreeg Zoetermeer weer een eigen pastoor, Martinus van der Velden, die wel gedeeld moest worden met onder andere Stompwijk, Leidschendam en Nootdorp.

Als u meer wilt weten over dit verhaal, kijk dan ook op sachavanvlaardingen.wordpress.com.

Tekst en foto: Sacha van Vlaardingen

-advertenties-

-goede doel-