20180507 127381Wethouder Isabelle Vugs (54), wethouder voor D66, neemt deze week afscheid van het Zoetermeerse college. Isabelle Vugs had in deze tijd de portefeuilles onderwijs, zorg en welzijn, personeelszaken en organisatieontwikkeling en het grondbedrijf onder haar beheer. Hoe kijkt zij terug op 4 jaar wethouder zijn in Zoetermeer?

 

Hoe was het om plots wethouder te zijn?

Isabelle Vugs: “In het begin was het heel hectisch, ik voelde me alsof ik op een rijdende TGV sprong! Ik moest best even wennen aan het ‘wethouder zijn’. Ik heb me in het begin vooral gericht op de inhoud, veel lezen en dossiers bestuderen. Heel arbeidsintensief, maar ik vind dat je moet weten waar je over praat. Ik durf wel te zeggen dat ik keihard gewerkt heb, ja.”
Later heeft Isabelle samen met de communicatie adviseurs ook hard gewerkt aan de presentatie. Eerst nog wat onwennig, maar al gauw met meer zelfvertrouwen.
Lachend: “Ik ben nog nooit zoveel op de foto gezet als in deze periode van mijn leven!”.

Het was aanvankelijk een hele verrassing voor Isabelle dat zij gevraagd werd om wethouder te worden voor D66. In eerste instantie was het antwoord dan ook ‘nee!’. “Mijn man Reinold is mijn grootste fan, hij staat altijd achter me. Hij heeft er ook voor gezorgd dat ik de uitdaging om wethouder te worden heb aangenomen. Mijn eerste antwoord was ‘Nee!’, maar toen ik thuiskwam en lachend aan de eettafel vertelde dat ik was gevraagd, zei hij: ‘Waarom niet, ik zou er nog eens goed over na denken!’. De redenen die ik noemde om het juist niet te doen, de wmo ging helemaal op de schop, jeugdzorg was één grote vraag, armoedeproblemen, noem maar op, waren later juist reden om het wél te gaan doen. Ik zat al in het sociaal domein, als ambtenaar in de gemeente Leidschendam-Voorburg en was commissielid in Zoetermeer. De betrokkenheid was er en dit zou dé plek zijn om er ook echt iets in te kunnen betekenen.”

 

Hoe heeft het wethouderschap jou veranderd?

Isabelle Vugs denkt even na: “Ken je de uitspraak van Pippi Langkous? ‘Ik heb het nog nooit gedaan, dus ik denk dat ik het wel kan!’. Ik heb ervaren dat je meer kan dan je denkt, geleerd om op mezelf te vertrouwen. Ik denk dat het voor veel vrouwen een valkuil is om zichzelf te onderschatten. In het begin van het wethouderschap had ik moeite met naar buiten treden, maar later dacht ik ‘Ik ben wie ik ben en dat is genoeg’. Het is ook belangrijk dat je jezelf kan zijn, vooral in het contact met mensen. Dat persoonlijk contact past heel goed bij mij. Ik ben meer een wethouder van de inhoud dan van het pluche!”

 

Wat waren bijzondere momenten?

“Het feest der herkenning, voor mensen met dementie, vond ik echt geweldig! Er was in 2016 een klein bedragje over van de WMO, net genoeg om een leuke middag voor mensen met Alzheimer te organiseren. Ik had direct het idee om het met muziek te vieren. Muziek die deze mensen nog van vroeger kennen, met entertainers van toen zoals Wieteke van Dort, Saskia en Serge en Ronnie Tober. Dit muziekfeest heeft een enorme indruk op met gemaakt. Ik mocht de opening doen en zag dat de mensen met dementie tijdens het concert helemaal opbloeiden! Ze begonnen mee te zingen, te dansen. Sommige mensen werden heel emotioneel toen Wieteke als Tante Lien begon te zingen. Geweldig om mee te maken! Ik had die dag een volle agenda, maar heb de secretaresse gebeld dat ze iedereen moest afzeggen en ben alle 4 de voorstellingen gebleven!”
“Ook de week van alfabetisering was heel bijzonder om mee te maken. Prinses Laurentien opende de landelijke week in Zoetermeer, met een conferentie in de DIF. Ik ben er ook heel trots op wat we op dit gebied in Zoetermeer hebben bereikt, in deze 4 jaar is het Taalhuis opgericht, en onlangs nog het Digitaalhuis. Mensen die problemen hebben met lezen en schrijven kunnen daar terecht voor hulp, begeleiding en oefening.”

 

Wat vind je jammer?

“Er zijn geen zaken waar ik spijt van heb, maar ik vind het wel moeilijk om nu bepaalde dossiers uit handen te geven. Je legt de bal op de stip en het volgende college moet het nu afmaken.”

 

Wat nu?

“Ik heb genoten van de publieke functie, het was een heel bijzondere periode. Maar ik ben nu wel blij met meer vrijheid. Mijn portefeuille was heel arbeidsintensief en dat heeft heel wat uurtjes leeswerk in de avonden en weekeinden gekost! Ik zal vooral het contact met de inwoners heel erg missen.
Ik kom niet zonder werk te zitten, voor mijn periode als wethouder heb ik politiek verlof gekregen van mijn baan bij de gemeente Leidschendam-Voorburg, daar ga ik weer naar terug. En ik wil graag vrijwilligerswerk gaan doen, om te beginnen op de vrijdagochtend in het digitaal café. Er ligt zoveel werk en er zijn enorm veel instellingen in onze stad die wel wat helpende handjes kunnen gebruiken.”

 

Tekst: Rita Soutendijk

-advertenties-

-goede doel-